OKS kent Ottema-Kingma Penning toe aan Sytse ten Hoeve
De tweede Ottema-Kingma Penning is toegekend aan Sytse ten Hoeve. Al op jonge leeftijd hield hij zich intensief bezig met het Friese roerend en onroerend erfgoed. Zo deed hij heel intensief, fundamenteel archiefonderzoek en publiceerde hij, mede op basis daarvan, zeer veel boeken, artikelen en andere bijdragen voor zowel ‘leken’ (zoals wekelijkse columns in het Sneeker Nieuwsblad) als voor vakgenoten. Onderzoek doen, documenteren en het delen van deze kennis onder brede lagen van de bevolking vormden een rode draad in zijn werk. Naast bestuurlijke betrokkenheid was Sytse ten Hoeve op de achtergrond in talloze situaties immer beschikbaar als onmisbare adviseur. Zijn encyclopedische kennis van het Friese culturele erfgoed is daarbij essentieel en eigenlijk onvervangbaar geweest. Ten Hoeve heeft, onbaatzuchtig, nagenoeg zijn hele leven vrijwel totaal ten dienste gesteld van dit erfgoed en is als zodanig te bestempelen als het geweten ervan.
Sytse ten Hoeve (1945-2016) was - na zijn carrière te zijn begonnen als onderwijzer - van 1976 tot en met 2005 directeur van het Fries Scheepvaart Museum in Sneek. In deze periode wist hij het museum om te vormen van een kleine instelling tot een professionele organisatie, met belangrijke uitbreidingen van het gebouw en met een collectie die verdrievoudigde. Hij vervulde vele bestuurs- en adviesfuncties in onder meer de Stichting Alde Fryske Tsjerken, de Fryske Akademy, de Stichting Kerkelijk Kunstbezit in Nederland (SKKN) en Tresoar. Voor zijn inzet werd hij diverse malen onderscheiden.
In 1938 richtten notaris Nanne Ottema en zijn vrouw Grietje Kingma de Ottema-Kingma Stichting op (OKS). De OKS ving haar werkzaamheden aan in 1955 na het overlijden van Nanne Ottema en heeft tot doel: ‘De bevordering van kunst en wetenschap, speciaal van al hetgeen van belang is op oudheidkundig-, kunst- en cultuurhistorisch gebied, waaronder het dienen van de Heemschut-gedachte in Leeuwarden en in Friesland’.
De stichting zette daarmee de intensieve werkzaamheden voort die Ottema gedurende zijn leven verrichtte. Hij verzamelde voorwerpen, omdat hij die als bronnen zag voor de kennis van cultuur. Bovendien bouwde hij een grote kunsthistorische bibliotheek op. Met behulp van de op deze wijze door Nanne Ottema vergaarde kennis deed hij uitvoerig onderzoek naar talloze (deel)aspecten op het gebied van roerend en onroerend erfgoed, waaronder heemschut. Zijn gebruik van de verzamelingen als bronnenmateriaal resulteerde in een groot aantal publicaties in de vorm van artikelen en boeken van zijn hand.
Uit de activiteiten vallen drie elementen te destilleren die gezamenlijk een rode draad vormen: kennis vergaren (verzamelen), kennis verdiepen (onderzoek) en kennis delen (publiceren, collectie ontsluiten en in bruikleen geven). Om het belang van deze drie aspecten uitdrukkelijk te onderstrepen heeft de OKS in 2014 besloten om de Ottema-Kingma Penning in het leven te roepen. Deze erepenning is bestemd voor personen of instellingen die grote waardering verdienen vanwege uitmuntende prestaties met betrekking tot het vergaren, verdiepen en delen van kennis op het gebied van oudheidkunde, kunst- en cultuurhistorie.
De Ottema-Kingma Penning wordt op onregelmatige tijden uitgereikt als er sprake is van prestaties die uitzonderlijk zijn. Daarbij moet worden gedacht aan significante werkzaamheden die de kennis op (deel)onderwerpen fundamenteel verder hebben gebracht, van excellente kwaliteit zijn en waaruit een betrokkenheid blijkt die veel verder gaat dan wat professioneel wordt gevraagd.