Omschrijving
Drie op elkaar gemonteerde ronde plaatjes, waarvan de buitenste twee draaibaar zijn. De middelste heeft een koordrandje langs de rand. Op de rechterhelft van het ene plaatje zijn onder elkaar de dagen van de week gegraveerd: Sondag, Maendag, Dingsdag, Woensdag, Donderd., Vrijdag, Saterd. Naast deze dagen is een gebogen reep uitgezaagd waardoor de cijfers 1 tot en met 31, onder elkaar gegraveerd op de middelste plaat, zichtbaar worden. Onder deze reep een knopje. Op de linkerhelft zijn twee antithetische, s-vormige bladerranken met een bloem gegraveerd, met ertussen een ruitpatroon onder een kroon. Bij de linker rank: "altijt duirend", bij de rechter: "almanak". Rondom een gegraveerd tandlijstje. Op het andere plaatje zijn vijf concentrische zones gegraveerd, elk met een opening. Op de eerste, de buitenste, een tandlijstje. Op de tweede: "De Maenden" [opening] "des Jaers" [rank] "Anno 1734"; op de middelste plaat de getallen 28, 30 of 31. Op de vierde zone: "Son Op te" [opening] "uur" "Son Onder te" [opening] "Uur"; op de middelste plaat de tijden. Op de vijfde zone: "Dag lang" [opening] "Uur – Nagt lang" [opening] "Uur". Op de onderste plaat het aantal uren. In het midden een bloem. Naast de opening van de tweede zone zit een knopje.
