Terrine in vorm van bloemkool

Omschrijving

Uit een klein recht bodemvlak ontspringen vier nerven van koolbladeren die het eigenlijke standvlak vormen. Zij ontmoeten iets onder de helft de door koolbladeren gevormde wand. Binnen de gegolfde rand ligt een tweede, iets hogere, en daarin verzonken de steunring voor het deksel. Dit heeft een v-vormige sluitring en een licht concaaf gewelf dat de bovenzijde van de kool vormt. Op de wand twee 'slakken' en een bloemknop, op het deksel een knop en een bloemetje en als knop een hondje. Geelgrijs aardewerk met wit glazuur. Versiering: de kool naturalistisch weergegeven in in het glazuur uitlopend groen en zwart, knoppen, slakken en hondje in oker en blauw.